De week van… Lucas Verlinden

We naderen het einde van het collegejaar, maar de USR gaat nog even door en bereid zich voor op de overdracht. Hoe zien zulke weken van een USR-lid eruit? Vandaag lees je de week van… Lucas Verlinden.

Gut, wat is het boffen om zo aan het einde van het jaar wat te mogen schrijven over je week. Het USR-jaar loopt dan redelijk ten einde en het is vooral wat zaken afhandelen en al aan de slag gaan met de overdracht. Mede daarom zal er in dit verslag niet zoveel staan aan USR-zaken als in een andere week het geval zou zijn geweest.

Vooruit, genoeg gezever. Op maandag begon de dag vrij vroeg. Allereerst heb ik wat gestudeerd in de ochtend, om daarna om half één te beginnen met flyeren voor de campusnacht die diezelfde avond plaats zou vinden. Bepakt met een stapel flyers werd ik op pad gestuurd door Jacqueline en ik had het genoegen met onze seccieboy Jordy bij de Faculteit der Medische Wetenschappen te gaan beginnen. Heerlijk in het zonnetje hebben we wat mensen aangesproken die allemaal op enthousiaste wijze reageerden. Dat is toch een opsteker. Vervolgens zijn we doorgegaan naar het gebouw van Tandheelkunde en na daar tien minuutjes geflyerd te hebben, was het tijd om te gaan vergaderen met de GV-commissie PSC. Een deel van het jaarverslag, een regeling voor reorganisaties en organisatiewijzigingen en de personeelsenquête stonden op de rol. Het waren niet de meest enerverende twee uur van mijn leven.
Daarna ben ik nog snel even naar huis gegaan om wat mailtjes te beantwoorden, een hapje te eten en me vol goede moed te haasten naar de campusnacht. Allereerst mocht ik helpen bij Op Hoop van Zegen, een theatervereniging. Nadat we alles hadden klaargezet, begaven wij ons naar het Cultuurcafé waar mr. University Mark Vlek de Coningh kort de nacht opende. Meteen daarna spoedden wij ons terug om te beginnen met de workshop. Met een behoorlijke opkomst werden vervolgens allerhande theaterspelen uitgevoerd die het nodige gelach van het aanwezige publiek opwekten. Om negen uur was het afgelopen, hebben we boel opgeruimd en zijn we doorgegaan naar theatergroep Buiten Bereik, een groep die qua opvoering en spel te vergelijken is met De Lama’s. Ook hier hebben wij genoten van een ludieke voorstelling die om half elf klaar was. Één biertje doen in het Cultuurcafé kon net, alvorens ik het Sodalicium Classicum Noviomagense kon gaan helpen met misschien wel het bizarste onderdeel van de avond: een Odyssee door de laagbouw van Erasmus. In verschillende lokalen werden scènes uit de Odyssee nagespeeld en als bezoeker kon je in iedere kamer iets nuttigen en chillen. Uiteindelijk draaide het uit op heftig hard relaxen (zien jullie het paradoxale?) tot een uurtje of twee. Aansluitend daarop was het tijd om de zaken op te gaan zetten voor het FIFA-toernooi van Mundus. Gelukkig mocht ik nog aansluiten en heb ik met een Italiaanse ploeg (Udinese) op bijzonder Italiaanse wijze (5-3-2 opstelling, lekker achterover leunen en met Di Natale vieze goals maken) het net als een andere Italiaanse ploeg recentelijk heeft gedaan tot de finale geschopt. Dit alles duurde tot ongeveer kwart over zes, hetgeen betekende dat asap alweer klaarstond voor een partijtje ochtendgymnastiek. Dat dit een onverdeeld succes was, blijkt wel uit het feit dat zelfs de vicevoorzitter van het college van bestuur, Wilma de Koning, aanwezig was. Gelukkig duurde de lichamelijke inspanning slechts een kwartier, waarna ik met moeite een ontbijt door mijn keel duwde. Toen de klok acht uur sloeg ben ik zo snel mogelijk naar huis gegaan om pas weer om half drie wakker te worden.

Oeps, half drie wakker betekent wel dat ik mijn college al heb gemist. Ach ja, het zij zo. Aangezien ik niet veel geslapen had, heb ik die dag ook niet zoveel gedaan op een beetje werken aan mijn scriptie na.

Woensdag, weer compleet fit, ben ik eerst in de vroege ochtend naar Wijchen geweest voor mijn werk. Gelukkig scheen de zon en was het aangenaam fietsen. Vooral op de heenweg dan, op de terugweg had ik moeilijk veel wind tegen dus ik kan me niet voorstellen dat ik lekker heb geroken op de fractievergadering om half elf. De rest van de dag heb ik besteed aan het voorbereiden van mijn mondeling Spaans, even de Soda-kamer bezoeken om de OSI (het blad van de vereniging) op te halen en uiteindelijk mijn mondeling tentamen af te leggen. Daarna had ik het genoegen met mr. University Mark Vlek de Coningh vers eten van de Fest(!) bij mij thuis op te peuzelen, alvorens we de afgelopen campagne van asap gingen evalueren.

Donderdag was mijn eerste afspraak ook al om 9.00 uur, alleen was het deze keer een scriptieafspraak. Hierna heb ik mij gestort op de grammatica van het Spaans, aangezien ik niet veel later die dag daar nog tentamen over zou hebben. Dat heb ik zo ongeveer gedaan tot twaalf uur, want toen hadden wij vergadering met een gedeelte van de USR over een eventuele universitaire huiskamer. Daarna had ik nog net een uurtje om de pijnpuntjes van het proeftentamen weg te werken en om 13.45 te beginnen aan mijn echte tentamen. Daarna nog even snel de UB in om nog wat dingetjes te doen voor mijn scriptie en door naar Jacqueline, alwaar het uitje met de USR plaatsvond: pizza’s eten. Niet veel later ben ik naar huis gegaan om nog wat laatste dingen in te pakken voordat ik naar Rome ging en ben ik begonnen aan dit verslagje.

Nu wordt het wat ingewikkelder, aangezien op het moment van schrijven ik de vrijdag nog niet beleefd heb, maar tegen de tijd dat dit online komt het wel al gebeurd is (hopelijk…). Desalniettemin schrijf ik het gewoon in de tegenwoordige tijd, dat maakt het lekker levendig (of zo). Om 9.00 gaat de wekker. Ik schiet uit bed, check voor een laatste keer of ik alles wel heb en schuif nog steeds piekerend mijn ontbijt naar binnen. Nu ja, het zal wel loslopen. Ik spring op mijn fiets en race naar het station. Het is één van de weinige keren dat ik écht te vroeg voor de trein ben en moet wachten op het perron. Eenmaal aangekomen in Eindhoven neem ik de bus naar het vliegveld. Ik drop mijn bagage, check in en kan vervolgens veel te lang wachten voordat ik kan boarden. Na een vlucht van twee uur kom ik aan op Ciampino, Rome. Ik neem daar de toeristenbus, ongetwijfeld vol met Nederlandse toeristen, naar het stadscentrum. Hevig bezweet stommel ik de metro in en stap uit bij Flaminio. Ik stommel de heuvel op naar het Koninklijk Nederlands Instituut te Rome en nog heftiger bezweet bereik ik het instituut. Ik drop mijn spullen, ga even op bed liggen en om zes uur de is borrel. Proost!