USR met CvB in gesprek over Regeling FONDS

Mensen die door overmacht in de langstudeerdersboete terecht komen moeten worden tegemoetgekomen. Maar moet dit ten koste gaan van de bestuursbeurzen? Door het ‘Amendement Rouvoet’ (opgenomen in de Wet verhoging collegegeld langstudeerders) wordt de Radboud Universiteit voor een moeilijke keuze gesteld. In het debat rondom de langstudeerdersboete heeft André Rouvoet dit amendement ingediend, waarmee de Universitaire Studentenraad nu wordt geconfronteerd. In dit amendement is vastgelegd dat universiteiten een regeling moeten treffen voor studenten die door overmacht vertraging oplopen en als gevolg daarvan het verhoogd wettelijk collegegeld verschuldigd zijn. In de wettekst is hiervoor namelijk geen hardheidsclausule opgenomen. Nu wordt de USR dus door de gevolgen van dit amendement in een moeilijke positie gebracht, omdat dit geld door de universiteiten uit het profileringsfonds opgebracht moet worden. De USR vindt het goed dat voor deze langstudeerders een regeling komt, maar wil dat dit niet ten koste gaat van de studentbestuurders.

De Radboud Universiteit verwacht dat het in het collegejaar 2012/2013 ongeveer 80 studenten die de langstudeerdersboete moeten betalen, aan het criterium van overmacht voldoen. Dit komt neer op een verwacht bedrag van 245.000 euro, dat uit het profileringfonds moet worden gehaald. Het profileringfonds bestaat momenteel uit een bedrag van 920.000 euro, waarvan 110.000 euro beschikbaar is voor studenten met overmacht in het reguliere onderwijs en 810.000 euro voor bestuursbeurzen. De facto zou de vergoeding van de groep langstudeerders een bezuiniging van ongeveer dertig procent op het bedrag dat voor bestuursbeurzen beschikbaar is (van 810.000 euro naar 570.000 euro) betekenen, tenzij het bedrag dat beschikbaar is voor het profileringfonds wordt verhoogd.

Het College van Bestuur wil in gesprek treden met de Universitaire Studentenraad over bovenstaande problematiek. De USR wil zijn verantwoordelijkheid nemen door in gesprek te gaan, maar wil niet verantwoordelijk zijn voor de keuze tussen een bezuiniging op enerzijds studentbestuurders of anderzijds studenten die door overmacht geconfronteerd worden met de langstudeerdersboete. Het uitgangspunt van de USR zal zijn om ergens anders extra financiële middelen te vinden voor in het profileringsfonds, om ook in de toekomst het bloeiende studentenleven aan de RU draaiende te houden en tegelijkertijd de student die door overmacht vertraging oploopt te beschermen tegen de langstudeerdersboete.