Wat is er allemaal gebeurd na de GV van 27 januari?

De Overlegvergadering (OGV) van 27 januari was een lange zit, het was dan ook een van de spannendste. De notitie van de USR-werkgroep Loopbaanbegeleiding werd besproken, de verdwijning van de computers in het MMS, de verhoging van de pre-mastertarieven en de kwestie omtrent de judicia.

De notitie van de Loopbaanbegeleiding werd met open armen ontvangen en de Rector gaf aan benieuwd te zijn naar de Career Week die van 10 tot 14 maart zal duren. Hij verwees ook naar de verschillende (studenten)organisaties die hier een belangrijke rol in kunnen spelen.

Daarnaast stond de verdwijning van het aantal computerwerkplekken op de campus op de agenda. Tijdens de OGV werd aangegeven dat de verdwijning van de computers bij de Faculteit der Letteren in het MMS en de Vide zal worden stopgezet totdat er een betere invulling kan worden gegeven voor de bezuinigingen.
Niet alleen bij de Faculteit bij Letteren maar ook bij de Faculteit der Rechtsgeleerdheid is dit een heikel punt aangezien er in het Grotiusgebouw slechts 20! computerwerkplekken gefaciliteerd zullen worden. In dezelfde brief geeft het College aan dat er nauwlettend gekeken wordt naar deze faculteit. Eventuele aanpassingen zouden dan nog gedaan kunnen worden.
De USR wil geen onzekerheden en stelt daarom bij de volgende GV nog wat specifiekere vragen over de situatie van het MMS. Daarnaast zal er gevraagd worden naar de Rechtenfaculteit, het moet natuurlijk niet zo zijn dat het eerst mis gaat voordat er computerwerkplekken bij komen.

Volgende punt ging over de verhoging van de pre-mastertarieven. De USR was er fel op tegen dat de pre-masters van meer dan 30 EC aanzienlijk duurder werden. Het College gaf aan dat ze graag nogmaals in gesprek wilden gaan om 1) het een en ander te verduidelijken aan de regeling, 2) de onduidelijkheden in de brief voor te leggen en 3) zal er gekeken worden of de regeling aangepast zou kunnen worden.
Het gesprek liep uit op een teleurstelling. Er werd meegedeeld dat het College achter de verhoging stond en dat ze niet willen afwijken van de wijziging. De eerste brief werd alleen wat aangepast. De USR maakt nu duidelijk hoe je alsnog de verhoging kan ontwijken door bijvoorbeeld een bachelorvak open te laten staan.

Wat betreft de kwestie omtrent de Judicia gaf het College aan nogmaals in gesprek te willen gaan over de Judicia. De regeling zal terechtkomen in de modelOER en de FSR’en kunnen hier dus over stemmen. Morgen zal er een bijeenkomst zijn van haast alle FSR’en en de USR om te praten over deze kwestie en uiteindelijk zal er een stuk komen uit deze bijeenkomsten die voorgelegd wordt aan het College.

De volgende OGV zal zijn op 10 maart om 13:30 in de Senaatszaal bij de Aula en is toegankelijk voor iedereen!

College van Bestuur houdt stug vol

Naar aanleiding van de OverlegGV van maandag 27 januari is er zojuist een gesprek geweest met de Universitaire Studentenraad (USR) en het College over de verhoging van de premastertarieven. Het College liet, aan de hand van een grafiek, zien dat er een lineair verband  zit tussen de prijs die een premasterstudent moet betalen en het aantal ec’s wat de student volgt. Vanaf de 30 ec wordt deze helling steiler en vanaf 45 ec komt de student boven het wettelijk collegegeld. Het argument ‘zo worden de meest ambitieuze studenten benadeeld’ wat ingebracht werd vanuit de USR, werd beantwoord met het bericht dat zij ook meer gebruik maken van het onderwijs en dus meer moeten betalen.  Volgens het College valt er veel te zeggen voor proportionaliteit. De geopperde suggestie om voor studenten die 60 ec in één jaar behalen wel het wettelijke collegegeld te handhaven werd afgedaan met de hoge kosten die dit met zich mee zou brengen om het behaalde aantal ec te controleren.

Pre-master volgen in 2014? Een duur voornemen!

Het College van Bestuur berichtte de USR middels een brief over nieuwe tarieven voor de pre-masters. Als het aan het College ligt betaalt een student die deelneemt aan een pre-master programma €2859-, vanaf het volgende collegejaar.

Dit bedrag ligt stukken hoger dan het reguliere collegegeld, aangezien de universiteit geen middelen ontvangt voor een pre-masterstudent. Het bedrag wordt in twee termijnen betaald door de deelnemende student, hierdoor is de student niet het volledige bedrag kwijt mocht het besluiten te stoppen.

Het is pre-masterstudenten niet toegestaan vakken buiten het pre-masterprogramma te volgen. Het College geeft aan dat deze regeling zo op berekende studenten voorbereid is. Het te betalen bedrag is namelijk vastgesteld per pre-masterprogramma en niet per collegejaar.

De USR vindt het bedrag dat nu gevraagd gaat worden voor een pre-masterprogramma te hoog. Het zal studenten afschrikken om deel te nemen en de regeling zal zo niet ten goede komen aan de masterinstroom. Het verbeteren van de masterinstroom is wel een van de speerpunten van het College, maar met de invoering van deze regeling zullen ze zichzelf in de vingers snijden.

Daarnaast lijkt het ons zeer onwenselijk dat studenten geen vakken meer mogen volgen buiten het vastgestelde programma. Dit maakt ambitie en de wil om breder te oriënteren onmogelijk. In verschillende gesprekken met College is aangegeven dat er uitzonderingen mogelijk moeten zijn op deze regel. Het College gaf aan dat er wel een mogelijkheid zou moeten zijn om studenten alsnog vakken te kunnen laten volgen buiten het vastgestelde programma door de examencommissie hiernaar te laten kijken. De USR blijft hoog inzetten en zal dit tijdens de overlegvergadering nogmaals bespreken.

Ten slotte geeft het College aan dat de regeling geen opties biedt aan berekenende studenten. Wij denken dat veel studenten het gewenste pre-masterprogramma nu zullen opnemen in hun reguliere bachelor. Dit kan ten koste gaan van andere activiteiten die de student beter voorbereid op de arbeidsmarkt zoals het doen van een stage of het opdoen van buitenlandervaring, iets waar het College ook erg hoog op inzet. Wanneer studenten binnen hun reguliere bachelor vertraging oplopen ontvangt de universiteit geen middelen meer voor deze studenten, maar de te verwachten vertraging bij studenten lijkt onontkoombaar. Het is dus ten zeerste de vraag of met deze regeling het College haar beoogde doel bereikt.

De USR bereidt zich voor op een stevige discussie tijdens de gezamenlijke vergadering van 27 januari.